12 december 2012

Een jaar of zes gelden kreeg ik een machtigmooie functie aangeboden als  marketingcoördinator bij een groot internationaal bedrijf. Nog mooier was dat ik solliciteerde met mijn dikke buik (met daarin mijn aanstaande dochter). Ik had een vaste baan, maar wilde iets nieuws, iets anders. Want zo ben ik tenslotte, anders.

Nadat dochterlief geboren was, mijn hormoonspiegel weer enigszins normaal stond en de zorg over kon geven aan papa en de oppas, ging ik vol overtuiging aan de slag bij ’s werelds grootste datacenterplatform. Maar tot grote onmacht van mijn manager, kreeg ik de materie van redundante koppelingen, hosting, netwerkbekabeling en Network Performance Hubs niet onder de knie. En hoe kun je dan je vak als marketingdeskundige uitoefenen? Niet dus. Ik heb toen mijn pijlen op andere organisaties gericht en we hebben afscheid van elkaar genomen, het datacenterplatform en ik.

Sven Kramer (de Friese topschaatser) zei ooit in een interview in Pauw en Witteman: “Een land wat de Olympische Spelen wil organiseren, moet sport ademen”. Renske Leijten van de SP gaf aan dat wij als land het niet eens voor elkaar krijgen om drie uur sportonderwijs per week aan te bieden op elke school. Hoe kunnen wij en onze kinderen sport dan ademen?

Een tijd geleden was ik bij een teamoverleg in Enschede van een verzekeraar. Er werd gesproken over preventie en social media. Hoe er slimme toepassingen op Facebook zouden kunnen worden ontwikkeld, hoe er met kennis van zaken zou kunnen worden getwitterd. Het ging ook over inbraakbeveiliging, traphekjes, rookmelders en brandtrappen. Over alles wat de gemiddelde Nederlander zich voorneemt en vervolgens steeds uitgesteld omdat het ongeluk hem toch niet overkomt. Vervolgens vroeg de teamleider: “Wie heeft eigenlijk zijn huis zo beveiligd dat hij een politiekeurmerk Veilig Wonen op de deur heeft? En wie heeft rookmelders in huis?”. Luttele vingers gingen omhoog. En dat terwijl alle aanwezigen de bovengenoemde producten moet verkopen aan die gemiddelde Nederlander. Aan u en mij.

De teamleider heeft vervolgens alle medewerkers een pakket veiligheidsproducten cadeau gedaan. Als investering in de kennis én ervaring van zijn mensen. Op deze manier kunnen ze zelf de veiligheid ervaren en dus goed doorgeven aan u en mij.

Je moet als werknemer of dienstverlener weten waarover je praat. Pas dan kun je goed doen wat je moet doen. Met eerlijke overtuiging en passie je product verkopen. En als je niet overtuigd bent? Zoek dan een nieuwe uitdaging waar je al je passie in kwijt kunt. Na mijn liefdeloze relatie met het datacenterplatform ben ik gestart met Tinksels. Pure passie.

Reactiemogelijkheid is uitgeschakeld.